Geschreven door Judith van Veen

Gewoon kind kunnen zijn. Dat gun je ieder kind, en zeker een kind dat uit Oekraïne is gevlucht. In samenwerking met gemeente Rijswijk organiseert Kinderopvang Morgen twee speelgroepen voor gevluchte Oekraïense kinderen. ‘Ze zijn bij ons heel erg welkom.’

Emilia is 4 en een echte prinses. Dat zie je gelijk, want ze draagt een schitterende prinsessenjurk! Gisteren koos ze de blauwe jurk uit de verkleedkist, vandaag gaat ze voor roze. Blij huppelt ze in haar prachtige jurk door de gangen van het kindercentrum Up Labouchèrelaan in Rijswijk. Af en toe draait ze een sierlijk rondje, zodat iedereen kan zien hoe mooi ze is. Emilia straalt!

Tot voor kort woonde Emilia in Oekraïne. Half maart ontvluchtte ze samen met haar moeder het oorlogsgeweld daar. Emilia’s vader bleef achter. Met alleen een tas met wat kleding, twee tandenborstels en Emilia’s knuffel stapte de kleine Emilia met haar mama in de bus. Bij de grensovergangen moesten ze uren wachten. Het zou uiteindelijk zeven lange en slopende dagen duren voordat Emilia en haar moeder de Nederlandse grens bereikten. Gemeente Rijswijk ving ze op in een Rijswijks hotel, samen met andere Oekraïense vluchtelingen – vooral moeders met kinderen.

Opvang Morgen in Rijswijk.1
‘Een kind dat straalt in een prinsessenjurkje. Daar doen we het voor’

Warm welkom

‘De oorlog in Oekraïne en het lot van de vluchtelingen raakt ons enorm’, zegt Tineke Onink, bestuurder/directeur van Kinderopvang Morgen. ‘Als organisatie werken we nauw samen met de gemeente en hebben we korte lijntjes. Toen ik hoorde van de groep vluchtelingen in Rijswijk appte ik direct naar de wethouder met de vraag wat wij als kinderopvangorganisatie konden doen.’

‘Ons voorstel was om deze Oekraïense kinderen een warm welkom te bieden door ze bij ons te laten spelen’, vervolgt Tineke. ‘Kinderen en spelen – dat is iets universeels. Ons idee was: als deze Oekraïense kinderen de mogelijkheid krijgen tot spel, verdwijnt de oorlog even naar de achtergrond. Voor hun ouders zou het fijn zijn om te zien dat hun kind weer geniet. Het zou ze bovendien wat tijd en ruimte voor zichzelf bieden. De gemeente ondersteunde ons plan en gaf groen licht.’

‘We zijn deze opvang puur gestart als mens. Vanuit de gedachte: wees welkom’

Snel schakelen

Diana de Graaf is vestigingsmanager van Up Labouchèrelaan in Rijswijk, onderdeel van Morgen. Samen met collega’s maakte ze in korte tijd werk van de bijzondere opvang. ‘Er zaten maar een dag of drie tussen het bericht dat het doorging en de daadwerkelijke start, dus we moesten snel schakelen’, vertelt ze. ‘Up Labouchèrelaan verzorgt al jaren kinderopvang in het AZC, dus het werken met vluchtelingen was geen onbekend terrein voor ons. Ik selecteerde een groepje van 8 enthousiaste pedagogisch medewerkers die zich hier echt voor wilden inzetten. Onder andere een collega die op het AZC werkt en een Oekraïenssprekende medewerker van de peuterspeelschool.’

‘We stelden twee groepen samen’, gaat Diana verder. ‘Een speelgroep voor kinderen van 2 tot 4 jaar en een groep voor kinderen van 4 tot 7 jaar die nog niet naar school gaan. Dagelijks van 9 tot 11. Op onze startlijst stonden 8 kinderen voor de eerste groep en nog eens 8 voor de tweede. We besloten om Speelstart aan te bieden, een laagdrempelig speelprogramma dat we ook op het AZC gebruiken.’

Blije koppies

Op maandag 4 april 2022 was het zover: de start van de speelgroepen. ‘Normaal gesproken openen we onze deuren om 9.00 uur’, vertelt Diana. ‘Die ochtend stond er al om 8.45 uur een groepje Oekraïense moeders met kinderen in de buggy te wachten. Wat er gebeurde toen we de deuren openden was heel bijzonder: de kinderen begonnen gelijk te spelen. Zelfs de allerkleinsten kropen direct naar het speelgoed toe. Voor deze kinderen was het hier een Walhalla van speelgoed. Die blije koppies zien – dat was waar we op hoopten. We konden echt merken dat deze kinderen het spelen ontzettend hadden gemist. Toen de kinderen twee uur later weggingen, wilden ze de blokken en de poppen amper loslaten. Twee iets oudere jongetjes waren de hele ochtend alleen maar met LEGO bezig geweest en wilden per se dat we hun creaties lieten staan tot de volgende dag.’

Diana en haar collega’s boden ook de ouders een warm welkom. ‘Als ze dat wilden, mochten ze blijven. We zorgden voor een aparte ruimte waar ze rustig konden zitten en boden ze een kopje koffie of thee met wat lekkers aan. Ze konden daar ook even met elkaar in gesprek gaan. Wat deze mensen hebben meegemaakt, is onbeschrijflijk. Ze hebben hun man of zoon moeten achterlaten en zijn zelf met niks naar het onbekende gevlucht. Het is heel begrijpelijk dat het dan spannend is om je kind of kleinkind achter te laten bij iemand die je niet kent en wiens taal je niet spreekt.’

‘Als kinderen spelen, verdwijnt de oorlog even naar de achtergrond’
Kinderovpang Morgen

Dankbaar

Terugkijkend op de eerste week concludeert Diana hoeveel het met ouders in zulke heftige omstandigheden doet om hun kind weer even zorgeloos te zien spelen. “Je zag alleen al aan het gezicht van de ouders dat ze ervan genoten. Eén moeder kwam met haar tweeling binnen. Beide kinderen klampten zich aan haar vast. Onze medewerkers konden de kinderen zo afleiden dat ze uiteindelijk gingen spelen. De moeder kwam in de koffieruimte op adem en daar kwamen de tranen los. Alle emoties kwamen eruit. Ook dankbaarheid; deze opvang betekende heel veel voor haar.’

Diana is trots op de inzet van alle medewerkers van Up Labouchèrelaan, ook degenen die niet direct met de Oekraïense kinderen werken. ‘Collega’s kochten in hun vrije tijd bij het tuincentrum viooltjes om de tuin van onze vestiging gezellig te maken. Overal zijn vlinders opgehangen. En op alle groepen is iets creatiefs gedaan met de Oekraïense kleuren. Die enorme betrokkenheid heeft me aangenaam verrast.’ Drie dagen voorbereidingstijd was wat kort om alles tot in detail te regelen. ‘Zo hadden we er niet bij stilgestaan dat deze ouders vanaf het hotel een stukje moeten lopen naar onze locatie’, vertelt Diana. ‘Binnen twee minuten stonden er 20 buggy’s in de gang. Maar dat hebben we opgelost. Het punt is: we zijn deze opvang gestart als mens, om iets te doen voor deze groep kinderen en hun ouders. Puur met de gedachte: kom binnen en wees bij ons heel erg welkom.’

Met handen en voeten

Van een taalbarrière merkt Diana weinig. ‘Dat een van de medewerkers Oekraïens spreekt, is natuurlijk erg prettig. Daarnaast regelde de gemeente de eerste week een tolk. Tegen de kinderen praten wij gewoon Nederlands. De kinderen zelf komen een heel eind met lichaamstaal of gebaren, dat gaat spelenderwijs. Ze maken het met handen en voeten wel duidelijk als ze genoeg hebben gedronken of als ze willen dat je mee komt.’ Ook de kinderen onderling voelen geen barrières. ‘Buiten spelen de Oekraïense kinderen samen met de Nederlandse kinderen. Dat contact ontstaat vanzelf, ook al kennen ze elkaars taal niet. De een rolt met een bal, de ander schopt hem terug en zo ontstaat er een potje voetbal.’

Toch is taal belangrijk. Daarom wil Kinderopvang Morgen in samenwerking met de gemeente taallessen gaan aanbieden aan de Oekraïense ouders. De organisatie biedt daarvoor een ruimte in de naastgelegen Morgen Academie aan. Het taalaanbod start zodra de plaatselijke bibliotheek iemand beschikbaar heeft om de lessen te geven. Terwijl de kinderen spelen, kunnen de ouders de Nederlandse taal leren.

Warm welkom voor gevluchte Oekraïense kinderen in Rijswijk

Stralend in haar prinsessenjurk

Hoe lang de opvang voor de kinderen uit Oekraïne in Rijswijk zal draaien, is onbekend. Diana: “De meeste Oekraïense ouders willen liever vandaag dan morgen terug naar huis. En zolang ze in Nederland zijn, is het niet zeker of ze op deze plek zullen blijven. Onze opvang is een tussenfase. Maar wel een belangrijke: het zorgt ervoor dat deze kinderen even weer kind kunnen zijn. Ik hoef alleen maar te denken aan die blije lach van het jongetje dat ‘los’ ging op het elektronische drumstel. Of aan zo’n meisje als Emilia, stralend in haar prinsessenjurkje. Dan weet ik waarvoor we het doen.’

Het warme welkom past bij de missie van Kinderopvang Morgen: het bieden van gelijke kansen aan kinderen. ‘Dat doen we met ons hoofd en onze handen. Maar vooral met ons hart’, besluit Tineke Onink. ‘Ik vind het bijzonder wat ik in de organisatie zie gebeuren. Ons personeel heeft de druk van twee jaar corona zeker gevoeld; toch doen ze er nu een schepje bovenop. Ik zie mooie initiatieven, bijvoorbeeld inzamelingen en acties voor Oekraïne. En prachtige gebaren, zoals hartjes op deuren. Van die inzet krijg ik kippenvel. Dat we dit voor deze Oekraïense kinderen kunnen doen, maakt ons dankbaar. Hopelijk creëren we samen mooie momenten waarop ze even niet aan de oorlog hoeven denken. Dat gun ik ze!”